Hypocalcemie, ook bekend als kalverziekte”, “de moere”, “kalfziekte” of “melkziekte, wordt veroorzaakt door een te laag calciumgehalte in het bloed. De aandoening komt voornamelijk vlak voor, of binnen de 72 uur na het afkalven voor.
2 vormen
Er bestaan 2 vormen van melkziekte; de zichtbare of klinische vorm en de subklinische of onzichtbare vorm. Bij klinische gevallen gaan de symptomen van instabiliteit, wankelen en nervositeit, tot niet meer recht kunnen en bewusteloosheid. Bij de subklinische vorm is het bloedcalcium te laag maar de koeien vertonen geen duidelijke symptomen.
Het topje van de ijsberg
De vergelijking met de ijsberg gaat wel degelijk op want voor elke koe die op een bedrijf zichtbare tekenen van hypocalcemie vertoont, zijn er 3 tot 6 andere koeien die lijden aan subklinische hypocalcemie1. Dit betekent dat rond het kalven en gedurende de eerste weken van de lactatie de meeste koeien een tekort aan Ca vertonen2. Wetenschappelijke studies vermelden dat tussen 45 en 50 % van de melkkoeien lijdt aan subklinische melkziekte. Zoals bij de ramp met de Titanic zit ook hier het grootste deel van het probleem onder het oppervlak.
Verborgen melkziekte zorgt voor een domino-effect.
De aandoening wordt geassocieerd met een verminderde gezondheid na de kalving 2,3. De koeien eten minder waardoor de pens- en darmmotiliteit vaak daalt. Door de lagere voederopname mobiliseert de koe meer eigen vet waardoor het gehalte aan vrije vetzuren en ketonen in het bloed stijgt. Dit vergroot de vatbaarheid voor andere gezondheidsproblemen zoals bijvoorbeeld slepende melkziekte en lebmaagdilataties. Dit ondermijnt de afweer waardoor de dieren gevoeliger zijn voor infectieuze aandoeningen. Hoewel verborgen of subklinische melkziekte niet direct zichtbaar is, manifesteren de gevolgen zich uiteindelijk wel. Daarom is het zinvol om de periode van calcium tekort, zo kort mogelijk te houden en het tekort zelf zo klein mogelijk.
Risico koeien
Het is quasi onmogelijk om op het zicht te zien welke dieren lijden aan verborgen melkziekte. We weten dat koeien vanaf de tweede lactatie vatbaarder zijn. Dit heeft te maken met het verouderingsproces en een lagere gevoeligheid van receptoren voor hormonen zoals bijvoorbeeld voor PTH (parathyroidhormoon). Dit hormoon speelt een cruciale rol bij de calciumresorptie uit botten, nieren en de darm. Vandaag is het praktisch moeilijk om koeien met verborgen hypocalcemie op te sporen via bloedonderzoek. Wat wel kan, is een schatting maken van de bedrijfsprevalentie op basis van de bedrijfshistoriek. Alle dieren vanaf de tweede lactatie zijn verdacht. Dieren die reeds melkziekte hadden, zijn risicodieren. Op bedrijven zonder klinische melkziekte behoren vooral kreupele dieren en koeien met een hoge melkproductie in de vorige lactatie (> 105 % t.o.v. het bedrijfsgemiddelde) tot de risicogroep5.
Behandelen van klinische gevallen
Een calciuminfuus zorgt voor een snelle toename van het calciumniveau in het bloed. Maar deze toename is maar van korte duur. Het calciumniveau in het bloed daalt naar sub normale niveaus. Om dit te voorkomen wordt aanvullend een orale calciumbolus toegediend. Echter enkel wanneer de koe voldoende hersteld is en geen slikproblemen ondervindt.
Hypocalcemie voorkomen?
Verborgen melkziekte 100% voorkomen kan niet. We kunnen wel het aantal koeien dat aan deze ziekte lijdt verminderen, en zo de nadelige effecten op het bedrijfsrendement zo klein mogelijk maken.
Preventie door een uitgebalanceerd droogstandsrantsoen4
Calcium wordt uit de beenderen gemobiliseerd onder invloed van het parathyroidhormoon (PTH). De werking van het PTH is afhankelijk van de zuurtegraad van het bloed. De PH van de urine is een weerspiegeling van de PH van het bloed en deze kan makkelijker gemeten worden dan die van het bloed. Wanneer het bloed en de urine een iets zuurdere PH hebben, wordt er meer calcium gemobiliseerd uit het bot. De PH van het bloed wordt onder meer bepaald door de mineralenbalans en het aantal kat- en anionen in het rantsoen. Een hoge kaliumwaarde in het rantsoen zorgt dat de PH meer alkalisch wordt waardoor de calcium mobilisatie wordt geremd. Magnesium stimuleert het PTH (parathyriod hormoon) en vitamine D speelt dan weer een rol in de calcium re-absorptie ter hoogte van de nieren en in de calcium opname vanuit de darmen. Met al deze zaken dienen we rekening te houden wanneer preventieve maatregelen op vlak van rantsoen aanpassing worden overwogen.
Preventie door een orale calciumstrategie5
Een andere goede preventieve maatregel is het toedienen van Bovikalc calciumbolussen aan pasgekalfde koeien. Op bedrijven met klinische gevallen supplementeren we alle dieren met meer dan 2 lactaties. We dienen twee Bovikalc bolussen toe, de eerste op het moment van afkalven en de tweede 12 tot 24 uren later. Op bedrijven waar geen klinische gevallen voorkomen, volstaat het om enkel de risicodieren te supplementeren. Kreupele koeien met meer dan twee lactaties en koeien met een hoge melkproductie tijdens de vorige lactatie (>105 % t.o.v. het bedrijfsgemiddelde) krijgen twee bolussen, de eerste op het moment van afkalven en de tweede 12 tot 24 uren later. Koeien die reeds hypocalcemie vertoonden bij een vorige lactatie supplementeren we met drie bolussen: de eerste op het moment van kalven, een tweede 12 tot 24 uren na de kalving en een derde 24 tot 48 uren na de kalving. Overleg met uw dierenarts en stel een op maat gemaakt preventieplan op.
-
1) Milk fever and subclinical hypocalcaemia--an evaluation of parameters on incidence risk, diagnosis, risk factors and biological effects as input for a decision support system for disease control (houe et al (2001) acta Vet scanda 42, 1–29
-
2) Graduate Student Literature Review: What do we know about the effects of clinical and subclinical hypocalcemia on health and performance of dairy cows? Rita Couto Serrenho, Trevor J. DeVries, Todd F. Duffield, and Stephen. J. LeBlanc
-
3) De transitieperiode als monitoringsvenster voor de veerkracht van hoogproductief melkvee – Materproef Bio-ingenieurswetenschappen - Veerle troo – 2018-2019 0003-2024-01-2024
-
4) Review: Endocrine pathways to regulate calcium homeostasis around parturition and the prevention of hypocalcemia in periparturient dairy cows – Castellano et al – 2019
-
5) A stochastic estimate of the economic impact of oral calcium supplrmentation in postparturient dairy cows – Mc Art & Oetzel
-
BE-CAT-0020-2024-03-2024